Workshops

Middagprogramma

Aanmelden workshops

De keuze voor de workshop maakt u ter plekke.

Middagprogramma/workshops

13.45 – 15.00  Workshops A B C D,  1e ronde (keuze uit 4)  

 

15.00 – 15.30 uur pauze

 

15.30 -  16.45 workshops A B C D, 2e ronde (keuze uit 4)

Sprekers

A.        Remke van Staveren en Irene van der Giesen

B.        Bram van der Leden en Jo-Anne de Jong

C.        Heleen Wadman en Dirk Corstens:

D.        Branko van Hulst

Workshop A:

Remke van Staveren en Irene van Giessen: Afbouwen van psychofarmaca, samen beslissen

Afbouwen van psychofarmaca betekent geleidelijk minderen tot de laagste nog werkzame dosering en dan pas, eventueel, als de cliënt dit wil en als het verantwoord is, minderen om te stoppen. Onder psychofarmaca vallen antidepressiva, antipsychotica, stemmingsstabilisatoren, benzodiazepines en stimulantia (zoals ADHD- medicatie).

Veel ggz-cliënten en patiënten gebruiken onnodig veel en onnodig lang psychofarmaca, vaak zelfs in combinaties die niet rationeel zijn. Teveel en te lang slikken ondermijnt iemands kwaliteit van leven en kan op termijn ernstige gezondheidsschade veroorzaken, zoals hart- en vaatziekten, metabole- en bewegingsstoornissen. Psychofarmaca kunnen, vooral tijdens een crisis,  enorm helpend zijn, maar moeten wel op tijd weer verantwoord afgebouwd worden.

Afbouwen gaat volgens de methode ‘samen beslissen’: in gelijkwaardigheid, maar de cliënt bepaalt uiteindelijk, liefst samen met zijn naasten. Een uitzondering hierop is als iemand een medicatiewens heeft waarvoor geen indicatie is, of die potentieel schadelijk is (een arts, of verpleegkundig specialist, kan niet gedwongen worden iets schadelijks te doen).

Workshop C:

Heleen Wadmans en Dirk Corstens: Peer-supported Open Dialogue: it’s simple but not easy

Peer-supported open dialogue (POD) is een zorgpraktijk die gebruikt wordt bij een situatie waarin er zorgen zijn om een persoon, bij wie vaak sprake is van een persoonlijke- of relationele crisis. Deze zorgpraktijk richt zich op het direct betrekken van iemands netwerk bij het wezenlijk bespreken van zorgen, wensen, betekenissen en passende deskundige behandelingen.

Centraal bij Peer-supported Open Dialogue staan de volgende zeven principes:

  • Onmiddellijke hulp: binnen 24 uur.
  • Perspectief van sociaal netwerk, vanaf de eerste bijeenkomst.
  • Flexibiliteit en mobiliteit (tijd, plaats en inhoud naar behoefte).
  • Verantwoordelijkheid, vanaf het eerste contact.
  • Psychologische continuïteit (zelfde team, nu en bij terugval).
  • Tolerantie voor onzekerheid/niet-weten: geen diagnose stellen maar betekenis op laten komen.
  • Dialogisme: het bevorderen van dialoog staat voorop.

In deze workshop gingen de workshopgevers met de deelnemers in gesprek over waarom deze manier van werken vanuit cliënten/naasten perspectief heel logisch is. Ook werd er gesproken over de mogelijkheden en moeilijkheden die deze manier van werken met zich meebrengt in het huidige zorglandschap. De workshop gaf tevens een inkijk in wat deze manier van werken inhoudt. Er wordt gestreefd naar een rijke dialoog vanuit zo veel mogelijk perspectieven.

Workshop B:

Bram van der Leden en Jo-Anne de Jong: Een nieuwe ggz vanuit een andere kijk op psychische ontregeling: visie, model, ervaringen en dilemma’s

De workshopgevers, een ggz-agoog en een ervaringsdeskundige, lichten in deze workshop, gezamenlijk, op basis van hun ervaringen, het model toe dat ten grondslag ligt aan BijBram.

BijBram is een praktische uitwerking en illustratie van een Nieuwe GGZ. Dit model gaat uit van een andere visie op psychische ontregeling, hoe hiermee om te gaan en hoe zorg wordt ingericht. Ook de achterliggende visie komt aan bod. Bij BijBram wordt (dag)behandeling gecombineerd met sociale contacten, werken in de tuin, werken in de werkplaats, dierenverzorging, psychotherapie, nabijheid, trainingen en, indien gewenst, medicatie. Leden (in de traditionele ggz de ‘patiënten’) zijn mensen die veel hebben meegemaakt en op veel vlakken hulp kunnen gebruiken en die bij BijBram zelf aan het werk gaan. Soms met de nodige verleiding en bemoeizorg, of door andere leden opgehaald uit omringende plaatsen. De resultaten van tien jaar ervaring met dit model bij BijBram worden geïllustreerd, waarbij ook gebruik zal worden gemaakt van beeldmateriaal. Ook dilemma’s bij het anders vormgeven van de GGZ komen aan bod. Dilemma’s die inherent zijn aan een deels andere invulling van de functie en rol van zorgprofessionals binnen een Nieuwe ggz, waaronder de rol van psychiater. Deelnemers kregen handreikingen mee om elementen van de geïllustreerde werkwijze te integreren in hun dagelijks werk. Zij werden tijdens de workshop actief betrokken, door middel van  meerdere discussie-, uitwissel- en vraagmomenten.

Workshop D:

Branko van Hulst, samen met Bram de Ridder en Maria Groen-Blokhuis:  Hoe kunnen we binnen de psychiatrie een meer ‘zoekende taal’ ontwikkelen?

De workshop starte met een korte plenaire introductie waarin de betekenis, functies en risico’s van psychiatrische classificatie en behandeling met pillen bij jonge kinderen werd geschetst. Specifiek werd ingegaan op het begrip ‘stoornisme’. Vervolgens werden de gevolgen van stoornisme voor de behandelpraktijk besproken, waar het voorschrijven van medicatie nu een belangrijke plaats inneemt. Hierna werd in verschillende werkvormen aan de slag gegaan met de vraag: ‘hoe kunnen we binnen de psychiatrie een meer zoekende taal ontwikkelen?’ Een taal die recht doet aan het individuele verhaal én aan de context van de problemen, maar ook een taal die recht doet aan het ‘niet weten’, of het ‘voorlopig weten’.